Ambtsinstructie voor de politie, de Koninklijke marechaussee en andere opsporingsambtenaren

De Ambtsinstructie voor de politie, de Koninklijke marechaussee en andere opsporingsambtenaren beschrijft in welke situaties de politie, Koninklijke Marechaussee en opsporingsambtenaren geweldsmiddelen mogen inzetten. Het betreft dan de geweldsmiddelen die oa krachtens Artikel 22 Politiewet 2012 zijn toegestaan.

  • Toepassen van geweld (vuurwapens, munitie, pepperspray en overige geweldsmiddelen en meldingen van geweld)
  • Veiligheidsfouillering
  • Handboeien
  • De uitzetting van vreemdelingen
  • Hulpverlening
  • Maatregelen jegens ingeslotenen (in bewaringneming van kleding, permanente camera-observatie, medische bijstand, invrijheidsstelling)
  • Toepassen van geweld (vuurwapens, munitie, pepperspray en overige geweldsmiddelen en meldingen van geweld)

Daarnaast bevat het instructies voor ambtenaren van Bijzondere Opsporingsdiensten (BOD’s) en buitengewoon opsporingsambtenaren (Boa’s).

Of geweld juist is toegepast wordt bepaald in de Regeling toetsing geweldsbeheersing buitengewoon opsporingsambtenaar en ambtenaren van bijzondere opsporingsdiensten.

Zie ook:

Laatste update: 11-11-2023

Ben je het niet eens met iets in deze beschrijving, is het niet meer up-to-date, heb je een aanvulling of werkt een link niet? Stuur ons dan even een mailtje. Dan kijken we er even naar en kunnen we het eventueel aanpassen.
Het gebruik van de kenniskaarten is gratis. Gelieve bij het gebruik van de kenniskaarten in publicaties te refereren aan dit toezichtcompendium of de betreffende kenniskaart, inclusief een link. Alvast bedankt voor de moeite!